maandag 22 april 2013

Oh, Vienna!



Op Record Store Day 2013 stonden we om zes uur op, en reden in alle vroegte naar een sluimerend Almere. Daar aangekomen merkten we tot onze vreugde dat, hoewel de meeste winkels nog dicht waren, ’t Oor de deuren al had geopend. Binnen was het nog relatief rustig. Enkele forse, kalende mannen van middelbare leeftijd hadden zich bij de op de counter gepositioneerde platenbakken verzameld, en stonden zoveel mogelijk schouder-aan-schouder. Terwijl mijn man rustig de zaak door ging kijken, bleef ik in de buurt van de toonbank hangen; ik vermoedde dat een beurt afwachten elders in de winkel een futiele exercitie zou zijn, en zodra mijn oog op een verweesd bakje singles viel, dook ik tussen het toch ietwat intimiderende manvolk door. Ik voelde me klein, en als vrouw zijnde alles behalve op mijn plaats. Maar na het bekijken van de 360 LP en singles tellende lijst online, had ik precies in mijn hoofd met welke vinyl-schatten we weer huiswaarts wilden keren. 

Ik tikte met mijn vingers door de singles heen, en trof de ene na de andere titel. De man aan mijn linker zijde zette achter in de bak waarin ik spitte een singletje terug, en de man aan mijn rechterkant griste hem bijna uit diens handen. Ik had gedacht dat de etiquette dit even als “mijn” bak bestempeld had, en ik bij een gelijksoortige actie de winkel uitgebulderd zou worden door de aanwezige bomen-van-mannen, maar ik deed net of ik oogkleppen op had en gaf geen sjoege.

“Kunt u het vinden?” Ik schrok van de stem van de man voor me, maar herpakte me snel.

“Nou, er zit genoeg tussen. Maar heeft u toevallig ook de witte persing van Ultravox’ Vienna?”

De mannen naast me ‘vingerden’ ietsjes langzamer door hun bakken, meeluisterend. De verkoper keek me even aan alsof hij water zag branden. Een vrouw die wist wat ze wilde! Dat kòn hij niet goed verstaan hebben.

“Vienna. Ultravox. Witte persing?” herhaalde ik met een brede glimlach.

“Nee, die hebben we niet binnen gehad. Er zijn zo veel platenzaken die mee doen, en zo weinig gelimiteerde edities…  Er zijn platen en singles waarvan ik er dertig besteld heb, en met een beetje mazzel krijg ik er dan drie binnen. Maar ja, het zijn er ook meer dan 350, dus dan kan ik ook niet alles proberen in huis te halen.”

“Oke, bedankt!”

Intussen had mijn man al bezit genomen van de bak aan mijn linkerhand, waaruit hij de gekleurde editie van de Reservoir Dogs soundtrack tevoorschijn toverde… Waar ik bijzonder blij mee was. Ik uitte een klein vreugdekreetje toen ik de OST van Bride of Frankenstein weer voor hèm oogsste. Nick Cave (Animal X), David Bowie (Bowie 1965!) Mike Oldfield (Opening Theme of Tubular Bells/In Dulce Jubilo) en het mystery-schijfje mochten ook met ons mee. Tijdens het wachten-elders-in-de-winkel ontdekte Kornelis mooie edities van de eerdere CD’s van Depeche Mode, en later op de dag zou hij ook hun nieuwste, Delta Machine, huiswaarts voeren. 

Maar voor het zover was, stonden we eerst buiten de winkel uit te hijgen; zo veel moois, zo’n prachtige pluk… Bijna alles waar we voor kwamen, zat nu in het linnen, speciaal voor Record Store Day ontworpen tasje. Dat The Cure niet gelukt was was pech hebben, maar mijn man was in ieder geval zielsgelukkig met alles wat hij had. Ik bleef echter zitten met de ontbrekende Ultravox, waarop hij even wat telefoontjes pleegde naar de andere zaken die we op ons lijstje voor die dag hadden staan; ’t Oor in Hilversum en Velvet in Amersfoort. Beiden hadden geen ‘Vox binnen gekregen, dus besloten we maar te gaan lunchen, en de rest van de dag rond te zwerven in het rustige, zonnige centrum van Almere.  

Tijdens de lunch kwam Vienna weer ter sprake. Toen ik klein was, was de clip regelmatig op tv. Daarin liep een vrouw rond met een bontjas, net als in The Human League’s “Don’t You Want Me”. Nu had mijn moeder van haar tante witte en zwarte bontjassen geërfd uit de jaren ‘20/ ’30, waardoor ze er net zo uit zag als de dames in die clips. In mijn beleving was mijn moeder op tv! Ik wist wel dat ze ’t niet echt was, maar de illusie was leuk. Die periode, toen MTV nog maar net uit de grond gestampt was en ik als kind van een jaar of drie, vier clips bekeek, is me altijd als gelukkig bijgebleven. In die tijd was het crisis en zeker de bouw had het zwaar te verduren. Er kwam weinig tot geen geld binnen, maar dat ging allemaal een beetje aan me voorbij; ik had MTV! In die jaren kwam Stand and Deliver voorbij van Adam Ant, vanalles van Bowie, Peter Gabriel, en de Dire Straits. Nik Kershaw zong over The Riddle, en de coupe van Duran Duran’s Simon le Bon was het hoogtepunt van de mannenhaarmode. De nieuwe romantiek, ondanks haar drumcomputers, was het je-van-het. Thatcher was een beetje enge, hooghartige mevrouw die op mijn oma leek (ze keken hetzelfde uit hun ogen en het kapsel was akelig identiek), en er was een meneer met een landkaart op zijn hoofd die enge dingen kon doen, die een beetje op m’n bolknak-rokende, stiekem jonge klare zuipende opa leek. Ban de Bom en het ANC waren lichtelijk abstracte begrippen die ik als kind van semi-hippies wel enigszins meekreeg, en waar ik me ook als peuter wel wat zorgen over maakte, maar zolang ik m’n Grote Beer had als ik werd ingestopt na m’n Wipneus en Pim verhaaltje (waarvan we toen nog niet wisten dat een der schrijvers een pedofiel was), kwam ’t allemaal wel goed. Al met al een tijd waar ik er op vertrouwde dat mijn ouders me wel zouden beschermen tegen alles wat er niet helemaal klopte in de wereld, want volwassenen, al waren ze soms wat raar, wisten toch àltijd precies wat ze moesten doen? Het geloof in de absolute macht/kracht van ouders prevaleerde. Mijn moeder kwam uiteindelijk toch maar mooi op tv en kon kleding naaien als de beste, en mijn papa kon alles maken.

Onschuld.

Onschuld.

Onschuld.

Terug uit Almere keek ik op eBay of iemand toevallig de maagdelijk witte Vienna aanbood. Ja, die was er, maar van de prijs werd ik lichtelijk onwel. Dat ging al snel over toen ik de prijzen zag die voor onze wèl aangeschafte stukjes plastic met geluiddragende spiraaltjes er in gevraagd werden. Oh. Uhm... Gut! Maar toch bleef het apart dat aan de herinneringen van de vroege jaren ’80 een behoorlijk prijskaartje gehangen kon worden. Onbetaalbaar j€ugds€ntim€nt?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten